De cijfers zijn zo pijnlijk dat het af en toe moeite kost om ze te bevatten. 71 Joodse kinderen gingen tijdens de Tweede Wereldoorlog naar school in het huis waar ik nu dagelijks leef. Slechts 22 overleefden de oorlog.
De Voorstraat in Zwolle is nu een van de drukste straten van de stad met een rijk uitgaansleven. Een heerlijke plek om te wonen, maar al jaren loop ik bij binnenkomst langs dat ene bordje dat mij wijst op de historie van het pand (Foto). Daarop staat dat het appartement in de oorlog diende als Joodse school. Nu we 75 jaar bevrijding in Overijssel vieren, voelde dit als het juiste moment om er eens in te duiken.
Aan het begin van de oorlog telt Zwolle iets meer dan 43.000 inwoners waarvan zo'n 750 joden. De Joodse kinderen doen aanvankelijk nog gewoon mee aan het openbare onderwijs, tot op 15 augustus 1941 de burgemeester van Zwolle de opdracht krijgt om per 1 september alle Joodse leerlingen te verwijderen van de openbare en particuliere scholen. De bezetter wordt op zijn wenken bediend, want er komt een volledige lijst met daarop de namen van alle Joodse kinderen die zich per 1 oktober aan de Voorstraat 41 moeten melden.
Braafste jongetje
Onder die leerlingen is ook Harry Hes. Hij is op dat moment zes jaar oud en woont op steenworp afstand van de school op de Melkmarkt. In zijn huidige woonplaats Zaandam laat hij mij zijn eerste rapport zien die hij nog heeft bewaard. "Lezen 8, schrijven 6, rekenen 8, gedrag 9 en vlijt 9." Hij lacht erbij: "Ik was het braafste jongetje uit de klas".
Harry Hes kan het verhaal navertellen omdat hij op tijd wist onder te duiken. Voor veel van zijn klasgenoten gold dat niet. Aandoenlijk is een foto van hem samen met zijn klasgenootje Menno. Ze dragen dezelfde kleding, hebben exact hetzelfde postuur, maar waar Harry op zijn onderduikadres in Sneek het normale leven weer oppakt, komt Menno om in het vernietigingskamp van Sobibor.
Fragmentarische herinneringen
De kinderen die les kregen aan de Voorstraat waren niet ouder dan 13 jaar. De lagere school was verdeeld in drie klaslokalen waarbij het opviel dat de klassen wekelijks kleiner werden. Steeds vaker verdwenen er kinderen omdat ze onderdoken. Lesroosters zijn nooit teruggevonden en van het leven op de school zelf is verder weinig bekend. De mensen die het overleefden zoals Harry, hebben slechts fragmentarische herinneringen aan het leven op de school.
Razzia's
Naar alle waarschijnlijkheid heeft het Joods onderwijs in Zwolle na de grote razzia's van 2 oktober en 17 november 1942 niet meer gefunctioneerd. Uit onderzoek van Iet Erdtsieck uit Kampen blijkt dat per 1 september van dat jaar sowieso nog maar 39 kinderen naar de school gingen. De kinderen die het tot het laatst volhielden, hadden uiteindelijk de minste kans. Van de 750 joden die Zwolle voor de oorlog telde, waren er na de oorlog nog maar 135 over.