Om een goed beeld te krijgen van de impact van de oorlog op het dagelijks leven werden de afgelopen maanden foto's verzameld uit de provincie. 

Op deze foto zien we gevangenen in Kamp Erika in Ommen. De mannen verrichtten dwangarbeid op een boerderij in de omgeving van Ommen. Het kamp fungeerde van 1942 tot de bevrijding als gevangenis en strafkamp voor Nederlanders van allerlei pluimage. Zowel veroordeelde zwarthandelaren, ontduikers van de Arbeidsinzet als opgepakte verzetsstrijders hebben in het kamp gevangen gezeten. 

 Afgebeuld in kamp Erika (Foto: Foto: Onbekend / Bron: Beeldbank WO2 - NIOD)

De gevangenen hadden te maken met Nederlandse bewakers die de gevangenen stelselmatig vernederden en mishandelden. Vele tientallen Nederlanders kwamen om in het kamp door ondervoeding, mishandeling of ziekte of werden vermoord.

Het kamp kreeg zestien jaar geleden opnieuw bekendheid door de affaire Herbert Bikker. In 2004 werd de voormalige Waffen-SS-er en kampbewaker in Duitsland aangeklaagd. De belangrijkste getuigenis die uiteindelijk tot zijn veroordeling na de oorlog zou leiden was die van F. Staarman uit het Overijsselse dorp Den Ham. Hij verklaarde dat Bikker op 8 december 1944 een aantal gevangenen "verschrikkelijk had geslagen" en deed de uitspraak "Er waren slechte en heel slechte bewakers in Erika. Bikker behoorde bij de laatste categorie." 

Hij stond bekend als 'de Beul van Ommen'. Tijdens zijn periode als kampbewaker wordt hij ook verantwoordelijk gehouden voor de moord op verzetsstrijder Jan Houtman op 17 november 1944 en de moord op onderduiker Herman Meijer op 12 oktober 1944.